Wat kan er het raam uit?

De inhoud van mijn cursus creatief schrijven staat niet van te voren vast.

 

Ik heb tijdens mijn stagecursus op een dure manier moeten leren dat dat niet slim is. Dat stukje perfectionisme heb ik laten varen voor wat meer flexibiliteit en interactie.

Als dialoog-oefening doen we een gesprek met een ding. Een knijpertje, een gummetje. Eerst als kale dialoog. Daarna nog een keer met de zeg-woorden als toevoeging. Het is een oefening waarvan de dames genieten.

 

Als achtergrond geef ik ze mee dat we het gebied van personificatie hebben betreden. Waar ik dacht dat het genoeg was om die informatie even te schampen, vragen de cursisten om toezending van het bestandje met de beschrijving. Ze willen er dieper op ingaan, er meer van weten. Ik zal het hen mailen.

 

Ik moest met meer uitleg terugkomen op de elf, die kleine dichtvorm. Dat had ik al voorzien. Dat had ik ook ingepland, nadat ik hem er de vorige keer zo’n beetje had ingegooid.

 

Ik vind het een lastige balans om het tempo rustig te houden. Enerzijds moet het voor iedereen te volgen zijn, anderzijds wil ik zoveel mogelijk kwijt in anderhalf uur.

 

Ik merk dat er cursisten zijn die aan een kalm tempo de voorkeur geven, anderen zijn meer van: kom op, doorgaan.

 

Ik mag dan de docent zijn, ik leer zelf net zo goed bij tijdens het lesgeven. Wie wordt er nu het meeste bij de les gehaald, vraag ik me af.

 

Er komen vragen uit onverwachte hoek. Ik moet mijn uitleg bijstellen, want niet alles komt over in de woorden die ik ervoor heb gekozen.

 

De eigenzinnige dynamiek die lesgeven in creatief schrijven is, komt bij me terug.

 

In plaats van dat het me ontmoedigt, inspireert het me juist.

 

Ik ontdek weer wat er zo leuk is aan uitdagingen.

blauwe pen met notitieboekje blauwe pen met notitieboekje