HET IS AF

Ik zet een punt achter de laatste zin. Het script is af. Het is klaar.

 

Dat moment komt onvermijdelijk een keer.

 

Het einde geeft een apart soort spanning. Als ik nog een aantal bladzijden te gaan heb, maar de eindsprint wel al is ingezet, rem ik af op de motor. Het moet niet zo zijn dat de lezer merkt dat ik haastig naar het eind toe heb geschreven. De laatste pagina’s verdienen net zoveel aandacht als alle pagina’s ervoor.

 

Na die laatste punt, ga ik met een wezenloos gevoel naar bed. Is mijn script echt af? Ik besef het nog niet. Ik ben nog niet eens blij, het moet nog binnenkomen.

 

Ik heb hier zo keihard naar toe gewerkt. Nu is het af, is het nou nog niet goed?

 

Het is ook echt niet goed, merk ik na een nachtje slapen. Ik heb het einde toch afgeraffeld, stiekem heb ik toch haast gemaakt.

 

Nadenken over dat foute einde heeft me wel ideeën voor een goed einde gegeven.

 

Heb ik het nou eerst verkeerd gedaan om mezelf te laten zien dat ik het ook beter kan? Heb ik die laatste punt in een onbewaakt ogenblik gezet? Toen ik er even niet bij was met mijn hoofd?

 

Het verhaal krijgt er 300 woorden bij om de losse eindjes onzichtbaar weg te knopen.

 

Een week later dan ik had afgesproken met de uitgeverij, gaat de kopij virtueel en geluidloos op reis, als bijlage bij een mail.

 

Grootser dan een paar tikjes op het toetsenbord wordt zo’n belangrijk moment niet. Het is een monument dat zich in stilte voltrekt.

 

Daar gaan zo’n 69.700 woorden op 130 kantjes A4. Daar gaan ruim 10 maanden werk.

 

Enerzijds blij werp ik het een kushandje na, anderzijds voel ik me een beetje verdrietig. Zo voelt dat: afscheid nemen.

boek thee schaar rozen boek thee schaar rozen