DROGEN

Geen lekkerder luchtje dan die van buiten gedroogde was.

 

Die heerlijke geur kan zo in de top drie van niet gebottelde geuren, naast die van gemaaid gras en versgebakken brood. Met de reuk van wasgoed op één, wat mij betreft.

 

Na die lange wintermaanden waarin alles binnen moest drogen, is het niet minder dan een feestje om het wasgoed buiten op te hangen.

 

Het februarizonnetje schijnt verblindend op de witte handdoeken. Daardoor zie ik een moment niets meer, als ik weer naar binnen ga.

 

Puur voor de beleving ga ik een paar keer naar de droogmolen toe om te voelen hoe droog handdoeken, nachtponnen en sokken al zijn.

 

Aan het eind van een wasdag steek ik gretig mijn neus in het schone goed voor een frisse teug buitenlucht. Daar geniet ik van, net als van dat gewapper daarvoor aan de lijn.

 

Zo verloopt een dag met de was buiten idealiter.

 

In werkelijkheid brengt het mij in staat van verhoogde paraatheid.

 

Met argusogen kijk ik naar de wolken die uit het noordwesten overkomen. Die zien er uit of er regen in zit. Uit voorzorg besluit ik thuis te blijven.

 

De wolken worden uit elkaar geblazen, maar nu blijkt de wind zelf vochtig. Zo schiet het drogen niet op.

 

De stoere windkracht 5, die voorspeld was, valt weg. Het wasgoed bungelt lusteloos aan de lijn.

 

Ergens in de buurt wordt brood gestrooid. De eerste paar meeuwen worden pijlsnel gevolgd door een enorme zwerm, die voor een volledige zonsverduistering zorgt.

 

Flats! Poep op mijn wasgoed. Een beetje meeuw zit daar niet mee.

 

Gelukzalig genieten van de was die droog wappert in mijn tuin, verandert in vloekend de klamme lappen van de lijn trekken om ze te drogen in de wasdroger. Het hoeslaken gaat opnieuw in de wasmachine.

 

Kom ik er eventjes bescheten vanaf.

drogen vierkant drogen vierkant